Een religieus hoogtepuntje
Van Jezus weten we niet veel. We weten niet wanneer hij geboren is, we weten niet waar hij geboren is. Dát hij geboren is, daarover bestaat wel enige eensgezindheid. Net zoals over het feit dat hij op latere leeftijd een schare volgelingen om zich heen verzamelde, tegen hen – en al wie het wou horen – bevlogen over zijn vader in de hemel sprak, en finaal mede daarom de gruwelijke kruisdood stierf.
Ik had een beetje met hem te doen, als knaapje. De gruwelijke kruisdood, dat wens je toch bijna niemand toe? En al zeker niet zo’n vriendelijke kerel die de hongerigen spijsde en de dorstigen laafde, en bijwijlen wel gevat uit de hoek kwam. Bovendien had hij, zoals je op afbeeldingen kon zien, lang haar, waardoor hij een beetje op The Beatles leek en veel hoger kon je in mijn knaapjesachting niet stijgen. Jesus was just alright with me. Meer moest dat niet zijn.
Meer werd het ook niet. Ondanks vijftien jaar katholiek onderwijs, ondanks de verplichte communies en vormsels, ondanks de verplichte eucharistieën, ondanks de verplichte biechtvieringen, ondanks de verplichte bezinningsdagen en bedevaarten, ondanks de geprevelde gebeden, de gewijde kruisbeelden en de met de vaderlijke duim aangebrachte kruisjes op het voorhoofd, ’s avonds voor het slapengaan. Hoe verleidelijk de katholieke stemme ook zong, ik hoorde geen roeping. De kerkvaders stortten hun zaad, maar ik was een rots. Op mij groeide niets. Behalve mijn afkeer van het hele instituut.
Twee dingen, echter, ben ik welwillend blijven bekijken: enerzijds de somtijds bijzonder fraai geornamenteerde ‘God Ziet U – Hier Vloekt Men Niet’-tableaus in kroegen en tapperijen, anderzijds de herinneringen aan de middernachtmissen op kerstavond.
Ik zal het maar meteen bekennen: ik heb vaker de binnenkant van een kroeg of tapperij gezien dan die van een kerk op kerstavond. Wellicht net daardoor zijn ze mij bijgebleven, de keren dat wij bij nachte met het hele gezin naar deze of gene plek trokken, teneinde er een religieus hoogtepuntje te beleven.
Doorgaans werden we daartoe in de gezinswagen gestouwd, aangezien het kerkje waar wij kwestieus hoogtepuntje zouden beleven zich niet op wandelafstand van de gezinswoning bevond. Dat wij ons naar dat kerkje begaven, en niet naar een veel dichterbij gelegen exemplaar, had alles te maken met de pastoor ervan. ’t Was een dwarsligger. Eentje met een stoute mond, die in zijn kerkje al eens dingen zei waarvan de deken en de bisschop en ongetwijfeld ook de kardinaal en de paus het zuur kregen. Hij had het niet zo begrepen op pracht en praal en dure gewaden. En ijdel gekwek en lamlendig geneuzel. Ik verdenk de man ervan eigenlijk een socialist te zijn geweest. Zijn kerkje – het had een strooien dakje en eenvoudige lange zitbanken – is allang afgebroken.
Een enkele keer begaven wij ons te voet naar de middernachtmis. Het was, zoals dat hoorde, aardig koud en verraderlijk glad, en de sneeuw dwarrelde – nog immer volgens scenario – op ons, arme zondaars, neder. Moedig stapten wij verder. Echter niet àl te ver, want de viering had plaats in de kapel van de nabijgelegen kazerne. Vader had deze bestemming niet uitgekozen om mij duidelijk te maken welke terneerdrukkende carrièremogelijkheden mij wachtten indien ik niet aldoor mijn uiterste best deed op school, maar wel omdat mijn broertje deel uitmaakte van het schoolkoortje dat aldaar de komst van het Kindeke met engelengezang zou begeleiden. Dat was des te opmerkelijker als je nagaat dat mijn broertje niet kon zingen. Maar die zondige gedachte was ver van mij, die nacht. Gedwee onderging ik het ritueel, in de hoop dat mijn schepper welwillend op mij zou neerzien terwijl ik mij onchristelijk verveelde, tevergeefs hopend op een mirakel waardoor wij voortijdig konden vertrekken.
De gelovigen in dit land hebben niet moeten hopen op een mirakel. De Raad van State heeft geoordeeld dat het verbod op gezamenlijke religieuze vieringen in strijd is met onze grondwet. De gelovigen mogen dus, in niet al te dichte drommen, bijeenkomen om hun zielsovertuiging te delen.
Nee, de grondwet hoeft geen rekening te houden met het coronavirus. Maar – eerlijk is eerlijk – andersom ook niet. Jezus, sta ons bij.
Schitterend. Zo herkenbaar ook.
Zeer bedankt.
Knaapjesachting: prachtig woord. Ik volg u volledig. Godsdienst sucks on all levels. Dus daar ook al die gekte van godsdienst vrijheid over veiligheid. Hoe vermoeiend allemaal…
Catherine
Sent from my aaifone
>
Maar we blijven alert!
Ik ben wel gelovig, maar ben ook voor vrije meningsuiting.
En waardeer het oprecht dat je zo openlijk voor jouw mening uitkomt.
Toch nog ondanks COVID19;
FIJNE EINDEJAARSFEESTEN THEO
https://groetenuittienen.blog/videos-en-spreuken-eindejaarswensen-videos-and-proverbs-year-wishes/
Dank, en van ‘s gelijke.
dag, heer Devriese.
wederom een beresterk opiniestukje, overgoten met een onnavolgbaar literair topsausje.
zelfde parcours en degout (op) gelopen, trouwens.
zondagsgroet,
trikke
Dank voor uw lovende woorden.
Er zijn meerdere burgerlijke geschriften die aangeven wanneer en waar Jezus geboren is (17 oktober 4VGT)
Mooi t elezen dat u de pracht en praal en al de riten die in de (Rooms) Katholieke Kerk plaats vonden maar niets vond.
Wij vragen ons wel af welke Jezus u nu voor ogen heeft. De valse godheid of de ware Jezus die de zoon van God genoemd wordt.
Voor alle duidelijkheid, ware gelovigen weten dat zij Jezus niet moeten aanbidden, maar slechts de Ene Ware God, Jehovah. Zij weten ook dat men daarvoor niet speciaal in een soort gebouw, een kerk, voor moet samen komen maar dat die eenders waar aanbeden kan worden.
Heden zijn er genoeg middelen om virtueel samen te komen en moet men zich houden aan de bescherming van de naaste. Om die reden houden de niet-trinitarische groeperingen sinds maart 2020 geen openbare vergaderingen meer en komen zij te samen via de e-technologie (Zoom, Jits, Meet, e.a.)
Beste Belgische Bijbelstudenten,
ik ontzeg niemand het recht op een leuke hobby en al zeker niet het recht op een vreedzame overtuiging. Maar ik ga met jullie geen discussie over het geslacht der engelen aan.
Wij hebben het helemaal niet over het geslacht van de engelen, maar over de Essentie van God en over het zijn van Zijn welbeminde zoon (Jezus christus).
hilarisch! en bovendien erg subtiel.
ik had nog nooit gehoord van de “Essentie” (met hoofdletter, zelfs) van een god.
betekent dit dan dat een god ook “Bijzaken” heeft?
De doos van Pandora is open.